De Koninklijke Marechaussee (KMar) zoekt slachtoffers van mensensmokkel, in een onderzoek naar migratiecriminaliteit. Het gaat om mensen die zijn gevlucht uit de Hoorn van Afrika, en die via Soedan en Libië Europa proberen te bereiken. Het onderzoek richt zich op criminele organisaties die sinds 2016 migranten op deze migratieroute afpersen en gruwelijk mishandelen.
De KMar doet onderzoek naar criminele netwerken rondom mensensmokkel via de zogenaamde Centraal Mediterrane Route (CMR) naar Europa. Dat is de route die migranten uit bijvoorbeeld Eritrea bereizen als ze hun land ontvluchten.
In een lopend strafrechtelijk onderzoek is al een van deze netwerken geïdentificeerd. Zo is er in 2022 al een verdachte door Ethiopië uitgeleverd aan Nederland. Hij staat inmiddels terecht in Zwolle. Een medeverdachte is begin 2023 na een internationale klopjacht aangehouden in Soedan. Deze man, een vermeend leider van de organisatie, zit vast in de Verenigde Arabische Emiraten (VAE). Het Openbaar Ministerie (OM) heeft om zijn uitlevering gevraagd. De twee worden verdacht van deelname aan een criminele organisatie die zich bezig hield met mensensmokkel, gijzeling, afpersing en geweld waaronder seksueel geweld. De vele slachtoffers komen uit Eritrea.
Het nieuwe onderzoek, uitgevoerd onder gezag van het Landelijk Parket, richt zich op andere netwerken op de migratieroute, zodat meer daders kunnen worden berecht. Uit diverse bronnen blijkt namelijk dat er nog altijd veel geweld plaatsvindt tegen migranten die onderweg zijn naar Europa, met name in Soedan en Libië. In deze transitlanden worden duizenden mensen opgesloten in kampen, en mogen pas verder reizen als familieleden flink betalen. Niet zelden vindt hierbij grof geweld plaats.
Om beter zicht te krijgen op de leiders van deze bendes lanceert de KMar nu een online campagne met een getuigenoproep gericht op mensen uit de hoorn van Afrika. Er wordt specifiek gezocht naar mensen die tussen 2016 en 2024 de reis naar Europa gemaakt hebben via Soedan en Libië, en die slachtoffer of getuige zijn geweest van mensensmokkel, afpersing en/of (seksueel) geweld. De oproep wordt in verschillende talen verspreid, waaronder in het Tigrinya, de taal die voornamelijk in Eritrea wordt gesproken.
Voor meer informatie: