Vanmiddag heeft de officier van justitie acht jaar cel en TBS met dwangverpleging geëist tegen een inmiddels 63-jarige vrouw op verdenking van doodslag op haar partner. Ze zou op zondag 14 januari 2024 haar 73-jarige partner hebben doodgestoken in hun gezamenlijke woning in Diemen. Het levenloze lichaam van de man werd op die dag in hun woning aangetroffen. De vrouw werd diezelfde dag aangehouden en zit sindsdien vast.
Het slachtoffer was meermalen in borst en buik gestoken en om zijn nek zat een ceintuur gebonden. De verdachte werd – gewond – op het bed in hun slaapkamer aangetroffen. Een van de eerste dingen die ze op dat moment tegen de politie zei is ‘dat ze hem heeft vermoord’. Ook overhandigde ze de politie een briefje met de tekst dat ‘ze alles kapot heeft gemaakt dat ze hem heeft vermoord’.
Geheugenverlies?
Na deze bekennende verklaring heeft de verdachte zich gedurende de eerste verhoren op haar zwijgrecht beroepen. Bij de voorgeleiding aan de rechter-commissaris enkele dagen later heeft ze aangegeven niets meer te weten van wat er gebeurd is. In het requisitoir zei de officier van justitie vanmiddag dat het lastig is om vast te stellen of de verdachte het echt niet meer weet. “Zelfs de hoogleraar neuropsychologie en recht die een onderzoek naar het vermeende geheugenverlies heeft gedaan, komt niet tot een eenduidige conclusie. (-) Niet kan worden uitgesloten dat zij haar geheugenverlies veinst.”
Wat zich die dag exact in de woning heeft afgespeeld is door dat gestelde geheugenverlies moeilijk vast te stellen. De politie heeft in het onderzoek getuigen gesproken en camerabeelden bestudeerd. Ook zijn diverse gesprekken van de verdachte afgeluisterd. Daaruit blijkt dat de verdachte nog wel iets weet van die bewuste zondagochtend: aan de orde komen problemen met de gezondheid van haar partner, zorgen over een mogelijke huisuitzetting en ergernis over het gedrag van haar partner. Maar een duidelijk motief leveren die gesprekken niet op.
Acht jaar cel en TBS met dwangverpleging
Uit het onderzoek is geen enkele aanwijzing naar voren gekomen dat er nog iets anders speelde of dat de verdachte te voren al van plan was om haar partner te doden. Deskundigen hebben op zitting aangegeven het lastig te vinden het risico op herhaling in te schatten. Alles afwegende komt de officier van justitie tot een strafeis van acht jaar cel en TBS met dwangverpleging op verdenking van doodslag op haar partner.