Ga naar de inhoud
Home » 80 jaar FIOD: van oorlogskind tot wereldspeler 

80 jaar FIOD: van oorlogskind tot wereldspeler 

De Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (FIOD) begint in 1945, met een handjevol medewerkers en weinig middelen. In 8 decennia groeit de organisatie uit tot expert op het gebied van financiële en fiscale criminaliteit. In een wereld waarbij fraude niet stopt bij de grens, werken in 2025 zo’n 1.750 FIOD-medewerkers samen met nationale en internationale partners 

Lees voor

Vlak na de Tweede Wereldoorlog bevindt Nederland zich in een economische chaos. Er moet iets gebeuren om de financiële huishouding van Nederland weer op orde te brengen. De belastingheffing vlottrekken is een belangrijke voorwaarde voor een snel herstel van ons land, is de gedachte. De Belastingdienst krijgt van de regering bijzondere bevoegdheden om verzwegen vermogens uit de oorlogsjaren op te sporen en stelt in september 1945 een apart dienstonderdeel in: de Fiscale Inlichtingen en Opsporingsdienst. Hiermee wordt een stevig fundament gelegd voor rechtvaardige belastingheffing en het tegengaan van belastingfraude.

Veel zwart geld zit na de oorlog verstopt in contanten, die mensen niet hadden opgegeven aan de Belastingdienst. Daarom wordt geld van voor en tijdens de oorlog ongeldig verklaard. Alle Nederlanders moeten belastingaangifte doen en hun oude geld inleveren. Als compensatie krijgen ze het bekende ‘tientje van Lieftinck’, vernoemd naar minister van Financiën Pieter Lieftinck.

De FIOD begint klein, met slechts 6 medewerkers in het Lloydgebouw in Amsterdam, maar de missie is groot: verloren vermogen opsporen en de fiscale orde herstellen. Vanuit het Lloydgebouw in Amsterdam werken de deelnemers de eerste jaren met minimale middelen, waaronder een geleende typemachine, papier van thuis en 2 van het leger gekregen dienstauto’s. Toch wordt al snel succes geboekt. Zo ontmaskert de FIOD postzegelhandelaren die op veilingen grote bedragen zwart geld witwassen. En dezelfde constructie blijkt toegepast te worden op antiek, schilderijen en zelfs renpaarden.

De FIOD heeft in deze tijd 3 afdelingen: Fiscale recherche, Douanerecherche en Inlichtingendienst.

De FIOD is een onmisbare schakel in de bestrijding van complexe vormen van fraude. De organisatie heeft zich voortdurend aangepast aan nieuwe uitdagingen. Wat begon als een compacte dienst met een duidelijke opdracht, is uitgegroeid tot een moderne opsporingsorganisatie die nationaal en internationaal hoog staat aangeschreven. In dit artikel staat de oprichting en groei van het takenpakket centraal. Later in het jubileumjaar belichten we onder meer internationalisering, digitalisering en de rol van de FIOD in strafrechtelijk onderzoek.

De relatie tussen de FIOD en de douane bestaat al sinds de oprichting in 1945. Van meet af aan werken beide samen aan de bestrijding van fraude, zoals met belastingen op in- en uitvoer. De recherche aan douanezijde onderzoekt smokkelpraktijken en draagt waardevolle informatie aan voor de FIOD. De samenwerking is essentieel bij de aanpak van complexe zaken die vragen om kennis van douanewetten en grensoverschrijdende handel. De recherche van de douane werkt meer tactisch aan de grenzen en in havens.

De Douanerecherche van de FIOD zelf richt zich in de begindagen specifiek op douanefraude in bredere fiscale en economische constructies.

De samenwerking wordt verder geformaliseerd met de officiële samenvoeging in 1952. Waar de relatie eerst draaide om wederzijdse ondersteuning bij afzonderlijke onderzoeken, groeit dit nu uit tot een geïntegreerde aanpak van fiscale criminaliteit. Een voorbeeld hiervan is de boterfraude in de jaren vijftig, waarbij grote hoeveelheden boter werden gesmokkeld naar buurlanden vanwege prijsverschillen. Door gezamenlijk op te treden, kunnen de douane en de FIOD niet alleen de smokkelaars opsporen, maar ook de financiële stromen achterhalen die de fraude mogelijk maken.

De nauwe samenwerking van Douane en FIOD is tot op de dag van vandaag de ruggengraat van de aanpak van fiscale en economische misstanden. Gegevens en expertise delen is relevanter dan ooit nu fraude steeds internationaler van aard wordt.

De reorganisatie in 1995 dient een soortgelijk belang. De FIOD fuseert dan met de ECD. Deze eenwording leidt tot meer medewerkers en middelen, en zorgt vooral voor een aanzienlijke uitbreiding van aandachtsgebieden en het takenpakket. De FIOD krijgt de verantwoordelijkheid over nieuwe thema’s zoals drugs en drugsgrondstoffen, sanctiewetgeving en faillissementsfraude.

De fusie betekent ook een professionaliseringsslag. Voor de FIOD markeert het de overgang naar een tijdperk waarin internationale samenwerking en complexe fraudezaken steeds centraler komen te staan. De grote aanjager is de globalisering, waardoor financiële misdaden zich steeds minder aan landsgrenzen houden. De combinatie van expertise uit de ECD en de FIOD versterkt de slagkracht van de dienst aanzienlijk. De FIOD kan grensoverschrijdende misstanden zoals btw-carrouselfraude en handel in verboden middelen steeds meer effectief aanpakken.

De nieuwe thema’s onderstrepen de toenemende complexiteit van fraude. Door zich te richten op domeinen zoals faillissementsfraude en sanctiewetgeving, positioneert de FIOD zich als een multidisciplinaire organisatie die reageert op bestaande misstanden én trends en risico’s proactief adresseert.

Thema-afbeelding FIOD 80 jaar.

Richting het jaar 2000 speelt digitalisering een steeds grotere rol binnen de FIOD. De organisatie gaat big data en kunstmatige intelligentie gebruiken om financiële stromen in kaart te brengen. Zo kan de FIOD efficiënter optreden tegen complexe zaken zoals witwaspraktijken en belastingconstructies.

Geleid door digitalisering komen fraudezaken in het merkenrecht en de zorgsector steeds meer op de radar bij de FIOD, zoals de zaak van een medisch specialist die systematisch onjuiste declaraties indient bij zorgverzekeraars. De arts declareert dure medische procedures die nooit zijn uitgevoerd, wat leidt tot aanzienlijke financiële schade voor zowel de verzekeraars als de samenleving.

Groep Generale Inlichtingen (GGI) en de Plaatselijke Groepen Inlichtingen (PGI) zijn de inlichtingendiensten van weleer die ten grondslag liggen aan wat nu binnen de FIOD intelligence heet. Intelligence gaat over trendanalyse, verdachte patronen herkennen en opsporingsonderzoeken ondersteunen met data-gedreven inzichten. Op basis van intelligence is de FIOD in staat om samen met ketenpartners integraal keuzes te maken en deze onderbouwd toe te lichten aan stakeholders, bestuurders, politiek en maatschappij. Onderdeel van deze keuzes zijn bewuste afwegingen over de (toegevoegde waarde van) inzet strafrecht ten opzichte van andere interventies zoals het toezicht. Hierdoor kan de FIOD reageren op bestaande fraude en proactief anticiperen op verdachte transacties en nieuwe risico’s.

Intelligence speelt de sleutelrol waardoor de FIOD een stap voor kan blijven lopen op criminelen. Deze vooruitstrevende aanpak maakt de dienst ook anno 2025 tot een koploper binnen de opsporingswereld.

 Read More